Ineens lukt het me beter om grenzen te stellen aan mijn kleuter. Ik kan hem laten razen als hij probeert zijn zin te krijgen. Ik geef niet toe zoals voorheen”. Een paar glimmende heldere ogen kijken me aan op mijn scherm. “En dat niet alleen. Ik heb ook eindelijk het speelgoed wat hij niet gebruikte, weg kunnen doen. En dat was veel. Ik zie nu in, dat ik hem verwende. Ik kocht alles wat hij wilde en zei nooit nee”.
Maria klopte bij me aan. Uitgeput en opgejaagd door paniek. De gedachte dat er iets ernstigs met haar hart aan de hand was of dat ze leed aan een ernstige ziekte, lieten haar niet los. Deze angst en de paniekklachten hielden elkaar angstvallig in de greep. Ze versterkten elkaar. Tijdens de intake probeerden we het ontstaan van haar klachten te begrijpen. Ook zochten we naar de redenen dat het bleef aanhouden. Maria bleek al op jonge leeftijd angstig. Diverse keren werd haar moeder opgenomen toen zij nog maar klein was. Net als Maria, ging moeder gebukt onder angst en somberheid. Toch was het de man van Maria die een extra licht wierp op de omstandigheden. “Ik heb gezien dat je hevige angsten ontwikkelde ten tijde van je zwangerschap. Het was zo’n moeilijke tijd voor je, waarin jij dacht dat jouw lichaam je in de steek liet en jij de zwangerschap niet kon voldragen.” Liefdevol maar confronterend spreekt Anton tegen Maria. Haar ogen stromen vol. Pijn en verdriet persen zich een weg naar buiten. Maria weet weinig woorden uit te brengen, behalve dat ze denkt dat haar man gelijk heeft. Samen staan we stil bij de onzekerheid tijdens haar zwangerschap en de traumatische momenten die daar zijn geweest. Soms is het Anton die haar helpt om woorden te geven. Maria vertelt over de last die ze met zich meedraagt. Een zwaar gevoel in haar lijf. Ze deelt het beeld van een kapstok waaraan jasjes hangen. Veel jasjes. Elk jasje staat voor iets, wat ze als moeder niet goed doet. Waarin ze faalt. De kapstok word steeds voller en zwaarder. En daarmee haar overtuiging dat ze als moeder faalt.
We besluiten gedrieën dat het aanpakken van de schokkende gebeurtenissen uit de zwangerschap middels EMDR, de start van de behandeling wordt. Een zwangerschap die ze uiteindelijk voldragen heeft met een gezonde zoon als resultaat. We beginnen met het naarste beeld. Maria ziet zichzelf staan op het toilet. Ze verliest bloed, veel bloed. Ze is overtuigd dat ze haar ongeboren kind zal verliezen. Terwijl ze naar dit beeld kijkt, loopt de spanning in haar lijf enorm op. De tranen stromen over haar gezicht. Maria worstelt met de gedachte dat ze schuldig is aan het bloedverlies. Dat ze waardeloos is als aanstaande moeder. Ik vraag haar naar het beeld te blijven kijken en te focussen op de spanning in haar lijf. Hierna vraag ik om het balletje op het scherm te volgen met haar ogen. Dit balletje noemen we de afleidende prikkel in de EMDR-behandeling. In de reguliere therapiekamer van de therapeut is dit veelal een lichtbalk die gevolgd wordt met de ogen. Ons (werk)geheugen kan niet zo goed twee dingen tegelijk. Er ontstaat een soort wedstrijd. Vanaf mijn laptop laat ik het balletje van kleur veranderen. Maria benoemt intussen ook nog deze kleuren. De taak vraagt veel van haar. Precies zoals bedoeld is. De afleidende taak lijkt de wedstrijd te winnen van de nare herinnering. Wanneer we na enige tijd terugkeren naar die herinnering op het toilet, is er een soort ‘kaal beeld’ overgebleven. De emotionele lading van de herinnering is verloren gegaan. Maria kan kijken naar het beeld en overtuigd zeggen tegen zichzelf: ‘Ik ben oké’. Haar nare herinnering is verwerkt.
Die week erop zien we elkaar weer. We verwerken nog een beeld, gekoppeld aan haar zwangerschap. Een aantal weken later spreek ik Maria weer samen met haar man. Maria vertelt hoe zij, in de weken na de traumabehandeling, innerlijke gesprekken heeft gevoerd. “Keer op keer kom ik erop uit dat ik goed genoeg ben als moeder”. De paniek die ik constant voelde, is weg. De angst voor een ernstige lichamelijke ziekte, is naar de achtergrond.” “De kapstok is omgevallen. Ik ben één voor één alle jasjes aan het opruimen. Alle oude overtuigingen over mezelf gooi ik weg. Net als al het overbodige speelgoed”. Ze lacht. “Mijn zoontje heeft zoveel speelgoed niet nodig. Hij heeft het nodig dat ik soms nee zeg.