Sociale angststoornis

Wat is sociale-angststoornis

Een sociale angststoornis werd tot voor kort ook sociale fobie genoemd. Bij een sociale-angststoornis heb je last van sterke angst voor sociale situaties; angst voor kritiek, angst om niet serieus genomen te worden, of om gepest of uitgelachen te worden. De sociale situaties waarin iemand bang wordt, kunnen bij iedereen verschillen. Denk aan vergaderingen, verjaardagen, presentaties, eten in een restaurant. Bij kinderen kan het bijvoorbeeld gaan om praten met een volwassene of in de klas iets vragen aan een leerkracht.

Deze angst treedt bij deze situaties steeds weer op en is veel sterker dan normaal bij deze situaties. Het gaat dus veel verder dan verlegenheid. De stoornis zorgt ervoor dat je niet meer goed functioneert in het dagelijkse activiteiten. Deze angst moet in een periode van zes maanden regelmatig optreden om van een sociale-angststoornis te kunnen spreken. Vaak zie je dat mensen de angstsituaties gaan vermijden, of dat ze het alleen met grote gevoelens van spanning volhouden.

Hoe herken je een sociale-angststoornis

Bij een sociale angststoornis heb je regelmatig last van sterke angst, die je ervaart in sociale situaties. De angst kan lichamelijke verschijnselen oproepen zoals: blozen, trillen, droge keel, zweten of hartkloppingen. De spanning is groter dan bij de situatie past. Zo zijn de meeste mensen wel wat gespannen voor een presentatie, maar als je niet meer kunt nadenken en er geen woord meer uitkrijgt, is de spanning niet passend.

In sociale situaties lukt het vaak niet meer goed je te concentreren. De aandacht is vooral gericht op wat je voelt en wat anderen misschien van je denken, en niet op wat je te vertellen hebt, of wie die ander eigenlijk is.

Bij kinderen uiten de angstklachten zich vaak door langdurig huilen, driftbuien, lichamelijk slap worden, terugdeinzen in contact met anderen, extreem vastklampen aan een bekende volwassene of niet meer in kunnen spreken. Deze klachten kunnen ontstaan in het contact met onbekenden, maar ook met mensen die ze kennen.

De gevolgen van sociale-angststoornis

Als je een sociale angststoornis hebt, verstoort dat je dagelijks functioneren. Als de angst er al op jonge leeftijd is, zie je dat veel kinderen het slechter doen op school, of school niet afmaken. Ook in het werk zie je dat veel mensen met sociale-angststoornis op een lager niveau functioneren dan gezien hun capaciteiten bij ze past. Veel mensen vereenzamen doordat ze sociale gebeurtenissen gaan vermijden: ze gaan niet naar feestjes, krijgen zelf weinig mensen over de vloer, zitten alleen in de kantine, enzovoorts. De meeste mensen schamen zich voor hun klachten en praten er niet liever met anderen over. Dit maakt ook dat veel mensen pas erg laat hulp van bijvoorbeeld de huisarts inroepen.

Het voortduren van de klachten draagt ertoe bij dat mensen andere stoornissen als depressie en paniekstoornissen krijgen, of dat ze hun toevlucht zoeken in alcohol drugs of medicijnen.

Het verloop van sociale-angststoornis

Zonder behandeling kan een sociale-angststoornis lang aanhouden. De helft van de mensen heeft na 25 jaar nog steeds last van de stoornis. Sociale angststoornissen zijn goed te behandelen.

De invloed op kinderen

Wanneer een ouder psychisch ziek is, heeft elk gezinslid hier mee te maken. Kinderen merken dit altijd. Als ouders moeilijke tijden doormaken is dat voor kinderen vaak verwarrend en soms beangstigend. Kinderen hebben een eigen beleving van de ziekte en eigen vragen of zorgen. Sommige kinderen vinden het lastig vragen te stellen omdat ze hun ouders niet willen belasten. Kinderen blijven dan met vragen rondlopen. Gevoelens van schuld en schaamte kunnen zowel bij kinderen als ouders een gevolg zijn. Het is belangrijk dat kinderen uitleg krijgen over de situatie die zich afspeelt. Mediant biedt in de thuissituatie gesprekken aan mensen die voor de eigen psychische problemen al hulp krijgen en thuiswonende kinderen hebben.